Baklava is een zoete lekkernij die vooral veel geserveerd wordt op de Balkan en in het Midden-Oosten. Men denkt dat het gerecht oorspronkelijk uit het Turkse plaatsje Gaziantep komt, dat er beroemd om is.
Er zijn veel variaties, maar baklava bestaat in ieder geval uit deeg met een mengsel van noten, overgoten met stroop of honing.
Filodeeg
Voor het deeg van baklava wordt filodeeg gebruikt. Filodeeg is een deeg dat bestaat uit grote, dunne vellen. Omdat het zo bewerkelijk is om te maken kun je het kant- en klaar uit de diepvries kopen. Het komt van oorsprong uit het Midden-Oosten. Filodeeg wordt gemaakt van tarwemeel, water en een kleine hoeveelheid olie waaraan soms een ei wordt toegevoegd. Het deeg wordt zeer dun uitgerold terwijl het telkens bestrooid wordt met meel om te voorkomen dat het aan elkaar kleeft. Filodeeg is moeilijker te verwerken dan bladerdeeg omdat het zo dun is. Voordeel is wel dat filodeeg een stuk minder vet is. 
Serveren
Omdat het deeg in combinatie met boter, suiker en noten erg machtig is en bovendien erg zoet, wordt de baklava kleine stukjes geserveerd.
Boek Baklava
In het boek, dat als titel Baklava heeft, vind je niet alleen het recept voor baklava maar ook voor voor andere koekjes, gebak en desserts uit Marokko en Turkije. De smaak en ingrediënten voor deze Oosterse lekkernijen zijn toch wel anders dan die je voor een gewone cake of koekjes gebruikt. Er worden veel amandelen en andere noten in verwerkt. Verder komen griesmeel, oranjebloesemwater, saffraan en rozenwater veel voor. Leuk om eens wat anders uit te proberen, met nieuwe smaken.
Baklava met noten
- 15 vellen filodeeg
- 100 + 50 g gesmolten boter
- 250 g gepelde walnoten
- 150 g gepelde en gehakte pistachenoten
- 100 g gehakte hazelnoten
- 150 g suiker
- 5 g kaneel
- 2 + 2 el oranjebloesemwater
- 100 g gepelde amandelen
- 50 g vloeibare honing
- Roer de walnoten, pistachenoten, hazelnoten, 2 el oranjebloesemwater, 100 g gesmolten boter en suiker in een grote kom door elkaar.
- Snijd de velletjes filodeeg op maat voor een rechthoekige vorm. Neem 5 vellen filodeeg. Leg er een op het werkblad. Bestrijk het met een kwastje geheel met boter. Leg er een tweede velletje filodeeg op en bestrijk ook dat met boter. Ga verder met de andere 3 velletjes. Vet de vorm in met boter. Leg de eerste 5 velletjes filodeeg erin. Bedek met een laagje vulling en spreid dat goed over de hele oppervlakte uit.
- Doe het zelfde met 5 nieuwe velletjes filodeeg, leg ze in de vorm en spreid de resterende vulling er over uit.
- Bestrijk de 5 laatste velletjes filodeeg met boter. Leg ze in de vorm, zodat het gebak wordt afgesloten. Bestrooi met kaneel.
- Snijd het gebak met een scherp mes in rechthoekige stukken en vervolgens in ruiten. Let op elke ruit een amandel.
- Verwarm de oven voor op 200 C en zet het gebak er 20 minuten in.
- Verwarm de honing in een pannetje, voeg het resterende oranjebloesemwater toe. Besprenkel het gebak als eht uit de oven komt met de warme honing. Laat het goed in het gebak trekken.
- Eet warm of koud met een glaasje muntthee.
[bol_product_links block_id=”bol_5409cad9eca7b_selected-products” products=”1001004006421037,1001004006847390″ name=”bak” sub_id=”” link_color=”003399″ subtitle_color=”000000″ pricetype_color=”000000″ price_color=”CC3300″ deliverytime_color=”009900″ background_color=”FFFFFF” border_color=”FFFFFF” width=”600″ cols=”2″ show_bol_logo=”undefined” show_price=”1″ show_rating=”1″ show_deliverytime=”1″ link_target=”1″ image_size=”1″ admin_preview=”1″]