Bij linzen had ik altijd een melige, papperige associatie tot ik exemplaren met een bite proefde in restaurants.
Een linzentorentje met ganzenlever en briochebrood, een knapperige linzensalade met Pata Negra en balsamico en pittige harira, Marokkaanse linzensoep.
Tegenwoordig koop ik geen pakjes meer met misleidende vage namen als Dupuis, maar de echte groene Le Puy-linzen, met een keurmerk op de verpakking. Lentilles vertes de Puy zijn een Franse specialiteit en krijgen daarom naamsbescherming (appellation d’origine contrôlée). Ze worden verbouwd in de omgeving Le Puy in de Auvergne. Daarnaast bestaan er ook grauwe en oranje linzen. De grauwe zijn het meest bekend en worden in elke supermarkt verkocht. De kleine rode linzen zijn in Noord-Afrika erg populair. Ze zijn snel gaar en vallen tijdens het koken iets uiteen waardoor ze goed verwerkt kunnen worden in romige gerechten en fluweelzachte soepen. Voor salades zijn de groene Le Puy-linzen het meest geschikt, die blijven lekker stevig. In tegenstelling tot veel andere peulvruchten hoeven linzen niet geweekt te worden. Ook de kooktijd is veel korter, 20 minuten is meestal al voldoende.
Linzensoep met komijn
250 g linzen
1 ¾ l groente- of kippenbouillon
4 teentjes knoflook
1 ui, in ringen
Ruim 2 tl gemalen komijn
zeezout en zwarte peper
Voor erbij:
1 citroen, in vieren
150 ml Turkse yoghurt, gekruid met 1 tl komijn en zout
Turks brood
harissa (Tunesische hete saus, te koop in blik en tubes)
Verhit de olie in een pan op matig vuur en fruit de ui hierin goudbruin. Voeg de knoflook en komijn toe en laat nog een minuutje bakken, alvorens de linzen en de bouillon erbij te doen. Breng alles aan de kook en laat ca. 20 min doorsudderen, tot de linzen zacht zijn. Neem de pan van het vuur en pureer de soep met een staafmixer of in de keukenmachine. Breng op smaak met peper en zout en serveer de soep met citroen, harissa en Turks brood.
Linzen met pikante worstjes
Merquez zijn kleine pikante rode worstjes van rund- en lamsvlees. Ze worden op smaak gebracht met rode peper en komen oorspronkelijk uit Noord-Afrika en Spanje. Je kunt ze prima vervangen door andere worstjes als saucijsjes of sucuk (Turkse knoflookworstjes).
500 g Le Puy-linzen
3-4 el olijfolie
1 ui, fijngehakt
2 gedroogde chilipepers, verkruimeld
zout
2 dikke tenen knoflook, fijngesneden
8 Merguez worstjes
1 dl rode wijn
0,5 dl water
(blad)peterselie
Verhit 2-3 el van de olie in een flinke maat pan (waarop een deksel past), verhit die en fruit de gehakte ui met wat zout op een laag vuur tot ze zacht zijn. Doe er de linzen bij, roer goed en giet er dan zoveel koud water bij dat ze royaal onder staan. Breng aan de kook, leg het deksel op de pan en laat de linzen ca. 20 minuten zachtjes sudderen en de meeste, zo niet alle, vloeistof is geabsorbeerd. Giet een dun laagje olie in een braadpan met dikke bodem. Fruit er de knoflook in en doe er de worstjes bij. Giet er, als de worstjes in ca. 5 min aan beide kanten bruin gebakken zijn, de wijn en het water bij en laat alles even bruisend koken. Leg het deksel op de pan en laat de worstjes ± 15 min sudderen. Doe de linzen over in een wijde, vrij platte schaal en leg er de worstjes op. Giet er de knoflook-wijnjus over en strooi er wat (blad)peterselie over.
door Matisse