De granaatappel is afkomstig uit het Midden-Oosten, maar groeit tegenwoordig overal in de landen met een subtropisch klimaat.
De prachtige bloemen staan symbool voor de liefde en de in kamertjes opgesloten kogeltjes in de vrucht voor vruchtbaarheid. Toen ik ze op een markt ontdekte bedacht ik me dat ik nog nooit iets met deze vrucht had gedaan in de keuken. Ik nam er veel te veel mee en had eigenlijk geen idee waarmee te beginnen. Op zoek naar recepten dus en na de eerste gerechten was ik verkocht, maar granaatappel blijkt geen allemansvriend: niet iedereen was zo gecharmeerd van de geleiachtige robijntjes.
De smaak van granaatappel is friszuur en houdt het midden tussen die van rode bessen en appel. Je hoeft de zaadjes er niet met een veiligheidsspeld uit te pulken, houd gewoon de halve granaatappel boven de schaal en sla met een spatel hard op de schil. Even later regent het rode kraaltjes. Het sap daarvan vormde oorspronkelijk de basis voor grenadine, tegenwoordig is essence meestal de smaakstof. De rode limonadesiroop (‘dibs rumman’ in het Arabisch) wordt in cocktails als Tequila Sunrise gebruikt, maar ingekookt tot stroop geeft het een heerlijke zoetzure fruitige smaak aan soepen, sauzen, salades, stoofgerechten, vlees en vis. De stroop is verkrijgbaar in Arabische winkels en delicatessenzaken, maar voor diegenen die het nergens kunnen kopen hierbij het recept.
recepten
Granaatappelstroop
Snijd het fruit in vieren en draai de parten om zodat de pitten eruit rollen. Zorg dat niet van de bittere gele vliezen bijkomt want die kunnen de smaak bederven. Druk de pitten door een pureeknijper (een roerzeef is een goed alternatief) en zeef het sap. Op twee vruchten moet je 4 el stroop krijgen en als je 6 granaatappels had, ca. 12 el stroop. Doe het sap in een pan die niet op zuur reageert (geen aluminium of gietijzer). Wees voorzichtig dat het vocht niet karameliseert of droog kookt. Bewaar de stroop in een weckpotje.
Voor een dressing met granaatappelstroop
Meng 1 uitgeperst teentje knoflook met ½ tl kaneel en 2 el granaatappelstroop. Klop er 1 el water door en dan 4 el olijfolie, Er moet een emulsie ontstaan. Breng op smaak met zeezout, zwarte peper en 1 tl fijne kristalsuiker. Proef of de smaak goed is en voeg eventueel nog wat suiker toe als de smaak te zuur is (granaatappelstroop is niet altijd even zoet). Erg lekker door tabouleh, kikkererwten en salades. ‘
Gegrilde kwartel met granaatappelstroop
4 kwartels,
met een (wild)schaar langs de ruggengraat opengeknipt en platgelegd. Als je niet aan kwartels kunt komen vervang ze dan door kip of parelhoenfilet.
Marinade:
3 el granaatappelstroop
1 tl kaneel
½ middelgrote ui, fijngesneden
2 knoflooktenen, met wat zout tot pulp gewreven
een snufje gemalen gemengde specerijen
Meng de ingrediënten voor de marinade en wrijf de kwartels ermee in. Laat het minstens 2 uur intrekken of een nacht in de koelkast. Leg ze met de borst naar boven op de barbecue of een hete grillpan. Boven houtskool gegrild geeft een zalig gerookt aroma, maar pas op dat de houtskool niet te roodgloeiend is, anders is het vlees verkoold voor het gaar is. Om die reden wordt de kwartel ook wel in wijnbladeren gewikkeld. Laat ze 5-8 minuten grillen, afhankelijk van de hitte, draai ze daarna om en strooi er wat zout en peper op. Laat ze nog 5 minuten grillen tot het vlees niet meer roze is, maar nog wel sappig. Geef ze met een salade met granaatappeldressing en garneer ze met de granaatappelzaden.